De Deployment Task Force (DTF), ten behoeve van Task Force Uruzgan (TFU), is ondertussen aardig op stoom. De Nederlanders op Kandahar, Afgahnistan, voeren zogenaamde ‘prelimenary operations’ uit. Voorbereidingen dus voor de binnenkomst van TFU. Dit betekend dat wij alles in gereedheid brengen om de Task Force hier te kunnen ontvangen en te lanceren in haar taak.
In het kort wordt dit met een engelse term ook wel aangeduid als ‘RSOMI’, of te wel Reception, Staging, Onward Movement and Integration. Voor ‘reception’, ontvangst van de troepen en het materieel dat zij nodig gaan hebben, moet er hard aan de infrastructuur van de kampen gewerkt worden. De Task Force gaat haar werk doen vanuit Kandahar, Tarin Kowt en Deh Rawod. Op Kandahar is al heel duidelijk te zien hoe het kamp wordt aangepakt. Op de plaats waar de Nederlanders eerst in lange rijen Amerikaanse tenten sliepen verrijzen nu slaap en werk chalets. Die chalets zijn opgebouwd uit containers. Wij hoeven hier gelukkig niet te heien dus eenvoudig betonwerk volstaat. De Genie legt met behulp van Afghaanse arbeiders fundamenten en plaatst daarop in rap tempo de over de weg aangevoerde containers. Die containers zijn overigens allen afkomstig uit Bosnie, alwaar de basis in Bugonjo is ontmanteld. Al de legeringscapaciteit die we hier bouwen is niet voor ons zelf maar berekend op de aanwezigheid en de doorstroom die van hieruit gedaan moet worden om gedurende twee jaar in Uruzgan aanwezig te zijn.
De ‘staging’ activiteiten zijn het stallen van het materieel. Maar ook het registreren van materieel en personeel zodat wij weten wie en wat er precies in het gebied komt. Tijdens het verblijf in de, zeg maar wachtkamer, worden de troepen aan een gewenning programma onderworpen. Om het personeel langzaam te laten wennen aan de behoorlijk hogere temperaturen en veranderde klimatologische omstandigheden. ‘Onward movement’ betekend dat goederen en personeel door wordt vervoerd naar hun uiteindelijke bestemming. Bij ‘Integration’ hoort dat de binnenkomende troepen hun materieel overnemen, testen en in gebruik nemen. We komen nu op het punt dat de ontplooiing naar Tarin Kowt in zoverre gereed is dat daar voorraden worden opgebouwd en dat we speciaal materiaal er naar toe rijden.
Woensdag de 17e mei kwam het RTL4 team met Conny Mus binnen, net op tijd voor het eerste konvooi over de weg naar Tarin Kowt. Natuurlijk wilden ze mee rijden. En ik laat ze niet alleen gaan. Dus ook mee rijden. We werden op vrachtwagens met wissellaad-systemen ingedeeld als derde man. Dan zit je achter de chauffeurs op een neergeklapt bedje. Voordeel is dat je je benen kunt strekken maar nadeel is dat je wat hoger zit en niet door de gepantserde vooruit kunt kijken anders dan heel onderuit gezakt of in een soort zij ligging. Wel spannend. Net op het moment dat de spanning in de omgeving van Kandahar toeneemt, startten wij met rijden.
Een hele operatie maar ook een beetje avontuur. In alle vroegte werd opgesteld. Dat heeft wel wat romantisch. Voor mij ook een “Ah Ha erlebnis”. In Duitsland bij het treinladen hing hetzelfde sfeertje. Donker, gedempte stemmen, voertuig verlichting, doelgerichte bedrijvigheid van de soldaten en in je achterhoofd speelt mee dat het voor het echie is. De bemanningen krijgen een laatste briefing en stijgen dan in de cabines van de vrachtauto’s en gevechtsvoertuigen. Als we weg rijden staan er veel mensen van de diverse staf secties bij de poort om ons uit te zwaaien en goede reis te wensen.
Donderdag ochtend bij dag aanbreken zijn we met de verplaatsing. Een fantastisch gezicht, 53 voertuigen. Logistieke- en gevechtsvoertuigen gecombineerd. In alle vroegte door Kandahar en naarmate het heter werd, later op de dag, door de woestenij naar Tarin Kowt. Die woestenij is trouwens adembenemend mooi. Enorme landschappen die op de foto niet te vangen zijn. Het konvooi zelf deed een eeuwigheid lijkende dertien lange uren over 180 km. Deels over onverharde weg met regelmatig enorme beschadigingen in het wegdek en oversteken van droge rivierbeddingen. Temperaturen oplopend tot boven de 40° Celsius.
De bemanningen van de vrachtwagens en de infanteristen van de beveiliging rijden de complete rit met scherfvest aan daaroverheen een Opsvest met helm op, oordoppen in en een speciale scherfwerende bril voor de ogen. Jawel, de passagiers ook, weten ze meteen dat het een werkbezoek betreft, het is geen plezierreisje. Laten we eerlijk zijn de beschermende maatregelen zijn nodig, ook in een gepantserde cabine, en bovendien zijn ze voor je eigen veiligheid.
Onderweg heerst eerst spanning. De vrachtwagens hebben onderling radiocontact en worden door de pelotonscommandant op de hoogte gehouden van bijzonderheden langs de route. Kandahar is de eerste hindernis. Burgerverkeer wordt niet tussen de voertuigen van de colonne toegelaten. Auto’s mogen niet dichter dan driehonderd meter naderen anders worden dreigende gebaren met armen en wapens gemaakt. De instructies zijn ernaar dat bij niet nakomen van de waarschuwing die op het bord te lezen staat dat op het laatste voertuig hangt, of bij hard op de colonne inrijden, geschoten kan worden. De lengte van de colonne is soms wel vijf kilometer. Kandahar is een echte Oosterse stad. Veel mensen op straat, veel soorten vervoersmiddelen, Auto’s brommers, fietsen, tuktuks, ezels, paardjes alles is mogelijk als er maar wielen onder passen of lading op kan. En al dat verkeer wordt aan de kant geschoven en wij rijden over het midden van de weg door de stad. Als de straat breed genoeg is lijkt het heel wat, maar soms vullen de vrachtauto’s de straat compleet van links naar rechts.
Na de stad rijden we langs een kanaal met aan de overzijde bebouwing. Voor ons nu een stuk weg dat we niet meer vergeten. Het ziet er leuk uit, maar militair gezien betekent het dat we beschoten kunnen worden vanaf de overzijde van het kanaal waar de vijand in de bebouwing kan schuilen. En wij dus niets terug kunnen doen. Voor ons een aantal kilometers lang spannend stuk. Ik ben dan ook o zo blij als ik vrouwen en kinderen langs de weg zie. Dat is een teken dat er niets op handen is. Zo komen we nog een paar knelpunten tegen. In de cabine ontspant de sfeer zich geleidelijk. Je krijgt van de chauffeurs de meest vreemde gesprekken mee. De bijrijder zegt op een gegeven moment tegen de bestuurder; “Na de Wadi gaat de weg omhoog en krijg je links en rechts van die Toko’s, beetje voorzichtig op de zuigers”, antwoordt de chauffeur: “Dobro, nema problema”. Hoeveel geschiedenis van het Nederlandse leger kun je in één zin verpakken?
Naarmate de mannen zich meer op hun gemak gingen voelen, ook met die vreemde majoor achterin, kwamen de gesprekken opgang. Er werd muziek gedraaid. Helaas hadden de heren maar drie Cd-tjes van het type, Twista, Trance en Tiesto. Ik heb ze alle drie gedurende dertien uren evenredig voorbij horen komen. Op vakantie zal ik geen commentaar meer hebben op mijn zoons met hun muziek. Met plaspauzes om de 60 km en enkele stops om technische redenen deden we er dus lang over. Ondermeer omdat het tempo niet omhoog kon door de YPR rupsvoertuigen en de zwaarbeladen diepladers. De wadi’s veroorzaken soms zulke diepe insnijdingen dat deze voertuigen de knik omhoog niet kunnen maken zonder het wegdek te raken. Dat gaf uiteindelijk een uur oponthoud om dat een van de bakken zo beschadigd raakte dat het frame verbogen was en de lading eraf moest.
Met het invallen van de duisternis reden we bij Tarin Kowt de basis op. Alsof we helden waren zo werden we ingehaald. De mannen en vrouwen daar hadden via de computer schermen onze voortgang meegekregen waren buitengewoon ongerust geworden toen we op 16 km afstand plotseling die lading moesten wisselen. Zij hadden een compleet instroom programma. Terwijl het donker werd stonden er overal verkeersregelaars met breaklights die vlekkeloos de colonne ontvlochten en de diverse soorten voertuigen naar eigen opstelplaatsen gidsten. Grandioos. We kregen slaapplaatsen toegewezen in al volle tenten, maar iedereen schoof op. Met extra bedden kwam iedereen op zijn plek. Op TK zaten opdat moment 250 Nederlanders en de bemanning van het konvooi was minstens zoveel. Wat een opluchting om na zoveel uren je lichaam te verlossen van het gewicht van helm en scherfvest. Om weer gewoon te kunnen horen zonder dat je jezelf hoort reutelen en raspen. De kleding die we aanhadden was volkomen doorweekt geraakt onder al die pantsering. Kleffe bende. De mensen op Tarin Kowt hadden een heel douchegebouw gereserveerd voor konvooipersoneel. Hartstikke goed!! Bleek hun enige douchegebouw te zijn. Dat tekent wel de sfeer en de blijdschap, wellicht opluchting, waarin ze ons binnen haalden. De volgende dag was de terugreis. Minstens zo spannend, maar doordat de route al eens gereden is, weet je beter wat er komt en hoever je nog moet. Dat scheelt wel veel. Toen nog door een erg druk Kandahar alwaar de bevolking zich opmaakte voor het vrijdagavond gebed. Met toch wel enige opluchting kwamen we aan op Kandahar Airfield. De bijrijder stak direct een feestsigaar aan en de chauffeur moest enorm plassen. Dus complete vreugde. De volgende konvooien, ondertussen hebben de Nederlanders er alweer 9 gereden, gingen veel sneller. Uiteindelijk wordt er gemiddeld zo’n zeven a acht uur over gedaan. Op dit moment zijn op Kandahar de woon- en werkchalets vrijwel gereed. Alle tenten worden afgebroken en voor de staf worden semi-permanente verblijven ingericht. Op Kandahar verblijven op dit moment 562 militairen, een aantal dat dagelijks wisseld. Op Tarin Kowt zijn nu 376 militairen – onder wie 150 genisten van 101 Geniebataljon die de voorbereidende werkzaamheden voor de TFU verrichten. Dit wordt de grootste legerplaats die de genie ooit gebouwd heeft. Kamp Holland krijgt werk- en leefaccommodatie voor zo’n 1500 militairen, eigen elektriciteitsproductie, watervoorziening, rioolwaterzuivering, een helikopterplatform, een mobiel hospitaal en nog veel meer. Tussen de eerste en tweede beveiligingsring ligt al een landingsbaan. Tevens zijn de voorbereidingen voor de sprong naar Deh Rawod in volle gang. Op Deh Rawod zijn op dit moment 39 militairen aanwezig en die zijn druk bezig een werkkamp in te richten van waaruit een gloed nieuw kamp wordt gebouwd. Deze week vonden ook de eerste patrouilles te voet in Tarin Kowt plaats. Ook tijdens de ontplooiing gaan opbouwen, beveiligen en contacten leggen al gelijk op. Na drie maanden deze opbouw werkazaamheden gezien te hebben en het tempo meegemaakt te hebben waarin letterlijk de boel uit de grond gestampt wordt kan ik de conclusie trekken dat de TFU op de DTF kan rekenen. Ook in het afgelegen Uruzgan zijn Nederlandse militairen nu aan het werk voor een betere toekomst voor de Afghanen en een veiliger wereld.
Leave a Reply