Onder leiding van de Defensie Paraschool (DPS) heeft er parallel aan de oxygenmaster-opleiding in mei en juni van dit jaar de HAHO/HALO para-opleiding plaatsgevonden. Op zich niets bijzonders. Ware het niet dat er geen enkele operator uit de operationele Commandotroepencompagnieën van het Korps Commandotroepen (KCT) aan deze specialistische para-opleiding heeft deelgenomen. Dit jaar prijkte op de deelnemerslijst enkel de namen van een viertal dispatchers, ofwel para-instructeurs, van de DPS zelf. Met dit verhaal wil Dutch Defence Press naast de complexiteit van de opleiding ook de samenwerking tussen DPS en afdeling vliegfysiologie (Luchtvaart- en Bewegingsfysiologie) van de Koninklijke Luchtmacht onder de aandacht brengen.
Een operationele inzet per parachute biedt Special Operations Forces (SOF) de uitgelezen mogelijkheid om in nagenoeg alle denkbare scenario’s op een snelle, geruisloze en relatief veilige manier in het missiegebied te infiltreren. Niet voor niets dat parachutespringen – door middel van de vrije val methode met bestuurbaar valscherm – een verplicht onderdeel is in de opleiding van iedere SOF-operator binnen de Nederlandse krijgsmacht. Eerst Leren ze in de Basisopleiding Vrije Val (BOVV) om zowel bij dag als bij nacht individueel te springen met volledige bepakking. In de Voortgezette Opleiding Vrije Val (VOVV) komt daar het ‘stackvliegen’ bij, zes of acht man bij elkaar, en te landen op een onbekende dropzone bij nacht met uitrusting. Of het nu commando’s bij het Korps Commandotroepen (KCT) van de landmacht zijn of mariniers van de Netherlands Maritime Special Operations Forces (NLMARSOF) van het Korps Mariniers, ze zijn operationeel allemaal in staat om bij nacht en ontij met volledige uitrusting en bewapening na een vrije val te landen op een met gps-coördinaten gemarkeerde dropzone. De parachute is voor hen niets meer of minder dan een transportmiddel.
Alleen commando’s die de aanleg en ambitie in huis hebben om het op paragebied nog hoger op te zoeken kunnen na de VOVV solliciteren naar een functie binnen de zogeheten High Altitude High Opening (HAHO) en High Altitude Low Opening (HALO)-ploeg(en), ofwel de (O2) zuurstofploeg(en) bij 105 Commandotroepencompagnie. Immers het keurkorps van de landmacht is de enigste SOF-eenheid binnen de krijgsmacht die de bekwaamheid én capaciteit heeft om wereldwijd door middel van deze zeer specialistische inzetmethode SOF-ploegen ongezien in het operatiegebied te krijgen.
“De jongens die normaal gesproken in aanmerking komen voor de HAHO/HALO, ofwel zuurstofopleiding stromen over het algemeen dan ook door vanuit de 105 zelf,” vertelt adjudant Richard die cursusleider is van de zuurstofopleiding. “Maar net de 105 vormt tijdens dit opleidingsblok de kern van de Nederlandse VN-bijdrage in Mali. En aangezien deze specifieke opleiding maar eenmaal per jaar wordt gegeven is er voor gekozen om de vrijgekomen opleidingsplekken in te laten nemen door een viertal dispatchers van de DPS zelf. Drie daarvan zijn afkomstig van het Korps Mariniers en een van het KCT. Ook de twee dispatchers die de opleiding tot oxygenmaster volgen zijn groene baret dragend. HAHO/HALO betekent in het kort dat je van extreem ‘hoog’ de diepte inspringt en je letterlijk overlevert aan de zwaartekracht om daarna respectievelijk hoog of laag je valscherm te openen. Hoog eruit kan in ons geval zelfs gaan tot 35.000 voet, ofwel ruim 10 kilometer hoogte. Toevallig ook de hoogte waar normaal gesproken de civiele passagiersvliegtuigen het luchtruim doorkruizen. Maar ook nou net de ideale hoogte waarbij we als we op hoog openen door middel van de daar heersende zogenoemde jetstream de draagkracht van onze parachutes optimaal kunnen uitbuiten. Op deze manier is het mogelijk om een afstand van 50 tot als de omstandigheden ideaal zijn zelfs 120 kilometer te overbruggen. En dat op een voor de radar onzichtbare wijze. Maar het is ook een hoogte waar het kwik met gemak tot ruim 50 graden beneden het vriespunt kan dalen. En niet in de minste plaats een hoogte waar het zuurstofgehalte in de ijle lucht vele malen minder is om er voor een mens normaal te kunnen functioneren. In die hogere atmosferen wordt je dan ook als para letterlijk blootgesteld aan de natuurelementen en -wetten. Zoals de wet van Boyle, Henry en Dalton, om er maar een aantal te noemen. Vanwege de vele bijkomende risico’s, zoals ‘unpressurized’ vliegen, dienen dit soort trainingen en inzetoperaties altijd te worden ondersteund door specialistisch personeel. Daarnaast zijn speciale voorzieningen zoals bijvoorbeeld een zuurstofapparaat nodig om op die hoogte nog met een aanvaardbaar risico te kunnen vertoeven.â”
Daar komt op die extreme hoogtes nog eens bij dat zodra para’s van de laadklep afstappen, bij die omschakeling en onder die fysieke omstandigheden met een loodzware bepakking die het exit gewicht kan doen oplopen tot wel 260 kilo, er door een storing aan de (zuurstof)uitrusting ook nog eens van alles mis kan gaan. En als het misgaat, terwijl de para met ruim 300 kilometer per uur naar beneden suist, kan het binnen een paar zuchten ‘einde oefening’ zijn. “Vandaar dat de HAHO/HALO-, ofwel zuurstofopleiding eentje is waarbij de lat door ons letterlijk op ongekende hoogte wordt gelegd,” zegt Richard. “Het is ook een opleiding met een ontzettend steile leercurve waarbij de moeilijkheidsgraad vele malen hoger ligt dan in de BOVV en VOVV. Gelukkig boffen we dat de deelnemers aan deze opleiding allemaal ervaren para-instructeurs zijn. De meeste zelfs met meerdere duizenden sprongen op hun naam en die ook tandem-master zijn. Over de mate van springervaring, ofwel zogenoemd airmanship, hoeven we ons bij deze deelnemers geen zorgen te maken. Het hoofdstuk spring technische aspecten kunnen we dan ook vrij kort houden deze editie. De opleiding begint met een grondopleiding. Deze vind hoofdzakelijk plaats op de DPS in Breda. Daar hebben we ruimtes die zijn ingericht met hulpmiddelen voor het beoefenen van de aan te leren vaardigheden en (nood)procedures bij zowel de deelnemende para’s als de oxygenmasters. Ook wordt de theorie behandeld die te maken heeft met het uitvoeren van sprongen van zeer grote hoogte met gebruik van zuurstofuitrusting. Gedurende de theorie- en praktijklessen leggen we de nadruk op het drilmatig bijbrengen van vaardigheden waardoor men onder alle omstandigheden de juiste (nood)procedures uitvoert. Deze (zuurstof)drills herhalen we zodanig vaak dat het uitvoeren van deze (nood)procedures een automatisme wordt en onder alle omstandigheden juist wordt uitgevoerd. Denk bijvoorbeeld in geval dat in het vliegtuig gedurende de vlucht het zuurstofmasker of –uitrusting defect raakt en vervangen moet worden door een van de oxygenmasters in opleiding. Of, na opening van het valscherm ontstaat een situatie waarbij een (ver)storing optreedt die tijdig moet worden verholpen omdat men anders de controle over de val kan verliezen.”
Desalniettemin de grondslag voor nagenoeg alle eventuele problemen die bij HAHO/HALO operaties kunnen voorkomen ligt binnen de ‘hoogte fysiologie’, die zoals eerder vernoemd op haar beurt weer onderhevig is aan een aantal natuurkundige wetten. De verandering van barometrische drukverschillen is in feite de basis van de meeste narigheid. Immers er wordt unpressurized gevlogen, zodat men het vliegtuig gecontroleerd kan verlaten. Hierdoor zullen niet alleen de para’s maar ook de gehele crew met een aantal zaken worden geconfronteerd. “Met name de bijkomstige effecten van de barometrische drukverschillen op gassen in lichaamsholten kunnen nogal wat fysiologische ellende veroorzaken,” zegt Richard. “Immers wanneer de druk wordt gehalveerd zal het volume verdubbelen. Volgens dit natuurkundig principe zullen, des te hoger we stijgen, de gassen in het lichaam als gevolg hiervan willen uitzetten. Normaal gesproken levert dit geen problemen op. Maar als er om wat voor reden geen open verbinding is met de omgeving, buiten het lichaam, kan het heel erg nare tot zelfs zeer pijnlijke problemen voor een persoon tot gevolg hebben. Deze pijn kan zelfs zo ernstig zijn dat men tot geen normale handeling meer in staat is. Problemen met het middenoor, sinusholten, maag-darm kanaal en tanden en kiezen zijn enkele bekende verschijnselen daarvan.”
Alsof dit nog niet genoeg ellende te weeg brengt kan het nog erger. Immers boven de 18.000 voet bestaat ook nog eens een verhoogt risico op zuurstofschuld, ook wel hypoxia genoemd. Daar komt nog eens bij dat met elke meter die je stijgt de kans op decompressieziekte ook toeneemt. “Decompressieziekte wordt veroorzaakt door het vrijkomen van stikstof(belletjes) die voor allerlei vervelende symptomen met bijbehorende risico’s kunnen zorgen,” zegt Richard. “Als gevolg van de atmosferische drukdaling zal stikstof uit het weefsel treden. Deze vrijgekomen stikstofbelletjes worden normaliter door het bloed meegenomen naar de longen en uitgeademd. Het kan echter gebeuren dat de snelheid waarmee de stikstof vrijkomt groter is dan de opnamecapaciteit van het bloed. In dit geval kunnen stikstofbelletjes zich ophopen op plaatsen waar er ruimte voor is. Deze stikstofbelletjes kunnen een jeukerig gevoel van de huid, pijn in de spieren en/of gewrichten, hoestaanvallen, hoofdpijn of zichtproblemen veroorzaken. Tot zelfs het bewustzijn verliezen. Om het gevaar hierop te verkleinen wordt gedurende de vlucht eerst een bepaalde tijd zogenoemd ‘geprebreath’ op 100% zuurstof om ongeveer een derde van de stikstof uit te wassen. Dat ‘voorademen’ met behulp van 100% zuurstof gebeurd met behulp van eigen oxygen-consoles met daarin zuurstofflessen, waaraan de zuurstofmaskers van de Para’s zijn gekoppeld. Deze mobiele zuurstofconsoles zijn door de oxygenmasters in elk willekeurig vliegtuig in te bouwen. Hiermee zijn we dus onafhankelijk van het zuurstofsysteem in het vliegtuig zelf. Het gevaar voor de para’s treed echter weer op zodra ze van het mobiele vaste zuurstofsysteem moeten afkoppelen en over moeten gaan op het eigen zuurstofsysteem, een kleine zuurstoffles dat op het harnas bevestigt is. In die tussentijd kan er nog van alles misgaan, tot zelfs het krijgen van zeer diepe zuurstofschuld. Hiervan is sprake wanneer organen simpelweg niet van voldoende zuurstof worden voorzien. De organen die hier het meest gevoelig voor zijn en waarvan de werking bij zuurstoftekort dus het eerst verminderen, zijn onder meer zenuwen en zintuigen. Echter het orgaan dat hier de meeste hinder van ondervindt en dat voor het grootste gevaar zorgt zijn de hersenen. Met als gevolg dat je situaties minder goed kan beoordelen of inschatten, je reageert trager en de coördinatie van je bewegingen verslechtert zienderogen. Maar ook hoofdpijn, duizeligheid, wazig zien, tintelingen in handen en voeten, verlies van zelfkritiek, agressiviteit, misselijkheid, depressie, euforie, bleke gelaatskleur; blauwe lippen en vingernagels, minder gehoor, verlies van tijdsbesef, niet meer aanspreekbaar zijn en uiteindelijk bewusteloosheid zijn bekende symptomen van Hypoxia. Dit zijn tijdens een HAHO/HALO inzet geen optimale omstandigheden, verre van zelfs. Wanneer voernoemde symptomen niet tijdig worden onderkend, kan zelfs een routinemissie veranderen in een horrorscenario met fatale gevolgen. Vooral als je nagaat dat een para op een hoogte van 35.000 voet slechts 30 tot 60 seconden de tijd heeft om te reageren voordat het effect van Hypoxia op de hersenfunctie te groot wordt. Dit heet ‘Time of Useful Consciousness’.”
Het blijkt echter lastig te zijn om de precieze drempelhoogte voor merkbare hypoxia aan te duiden. Komt nog eens bij dat ieder individu verschillend reageert op zuurstofschuld. Het is dan ook onmogelijk om aan te geven wat de individuele symptomen zijn. Of in welke volgorde en binnen welke tijdspanne die zich zullen manifesteren. Gelukkig is het zo dat boven de 10.000 voet altijd met zuurstof wordt gevlogen en dus ook wordt gesprongen. Immers voor de eigen veiligheid is zuurstof het toverwoord. Desalniettemin is het van levensbelang dat elke toekomstige para in de HAHO/HALO ploeg de symptomen van onder meer hypoxia bij zichzelf weet te onderkennen en het liefst ook de uiterlijke kenmerken er van bij zijn maten. “Dit is een van de redenen waarom de ‘Hoogte Indoctrinatie Cursus’ een onderdeel van onze HAHO/HALO- cq zuurstofopleiding is,” vertelt Richard. Op dit wezenlijke punt komt de afdeling Vliegfysiologie (Luchtvaart- en Bewegingsfysiologie) van het Centrum voor Mens en Luchtvaart (CML) in beeld. Het CML is onderdeel van de luchtmacht en eindverantwoordelijk voor de fysiologie, de lichaamsfuncties, van alle para’s, vliegers en bemanningen die boven de 18.000 voet komen. Ze staan wereldwijd bekend om hun expertise op dit vakgebied. Al sinds de eerste HAHO/HALO trainingen in 1995 werkt het KCT nauw samen met het CML. De aanwezigheid van vliegfysiologie aan boord tijdens HAHO/HALO inzetoperaties én -opleidingen is drieledig: ten eerste zijn ze (eind)verantwoordelijk voor de zuurstofsystemen aan boord. Werkt alles, is de druk in orde en dergelijke. Ten tweede houden de vliegfysiologen, die dan op de stoel van de oxygensupervisor zitten, samen met de dispatchers/oxygenmasters de para’s in de gaten tijdens de vlucht. Dit met als doel tijdig zuurstofschuld te herkennen en daar vervolgens naar te handelen. Samen bepalen ze wie er op een bepaalde hoogte wel of niet mag springen. Met andere woorden wie heeft er wel of geen last van zuurstofschuld, ofwel is niet euforisch, agressief, lollig, afwezig, misselijk en dergelijke. Door de grote ervaring van alle trainingsvluchten in een zogenoemde hypobare (lagedruk) kamer is dat een routinekwestie geworden. Echter alleen een vliegfysioloog kan een beoordeling maken of iemand wel of geen decompressieziekte heeft. Ook dit is weer een ervaringskwestie. Ze zijn dan ook niet alleen opgeleid om in een hypobare kamer te werken, maar zijn ook opgeleid in de hyperbare fysiologie. De vliegfysioloog regelt en controleert ook veelal de hyperbare faciliteit waar mensen naar toe vervoerd zouden moeten worden indien men verschijnselen van decompressieziekte vertoont. Zo iemand moet immers in recompressie in de hyperbare kamer om van de ontwikkelde stikstofbelletjes af te komen.
Tijdens de Hoogte Indoctrinatie Cursus bezoeken de para’s tweemaal bij het CML in Soesterberg. Daar worden ze dan ook in een hypobare kamer onder gecontroleerde omstandigheden in gelijkwaardige situaties gebracht zoals deze zich voordoen op weg naar 35.000 voet. Dutch Defence Press is bij beide sessies in de hypobare kamer als toeschouwer aanwezig. Het ochtendgedeelte van de eerste sessie bestaat uit een flinke theoretische inleiding over wat je ’s middags in de hypobare kamer kunt verwachten. Al met al liet de presentatie al een duidelijke indruk achter dat de gevolgen van vliegen op hoogte niet onderschat moeten worden. De eerste sessie in de hypobare kamer is opgebouwd uit een aantal onderdelen. Eerst wordt geleidelijk de druk verminderd tot je op een hoogte van 8.000 voet aankomt om vervolgens weer naar zeeniveau af te dalen. Dit gebeurt onder toezicht van een CML arts om te controleren of er geen problemen zouden optreden met de holtes in je hoofd. Verlagen van druk gaat over het algemeen probleemloos, bij het verhogen moet de lucht weer via de zogenaamde buis van eustachius naar je voorhoofdholtes en achter je trommelvlies terugstromen. Als je verkouden bent en die buis zit verstopt dan kan dit pijnlijke gevolgen hebben. Vervolgens moet het half uur voorademen met 100% zuurstof worden volgemaakt. Dit om zoals eerder genoemd decompressieziekte te voorkomen. Daarna wordt de druk weer verminderd tot 8.000 voet, Hierop volgt een explosieve decompressie tot een druk die op 27.000 voet heerst. Dit gaat gepaard met een harde klap, waarna de waterdamp in de tank vervolgens condenseert tot een dichte mist. Nadat deze mist is opgetrokken moeten de deelnemers aan de ene kant van de cabine het zuurstofmasker afzetten en aan een serie schriftelijke testjes beginnen. Een soort zuurstofmasker overigens die je er als een Russische piloot ten tijden van de koude oorlog laat uitzien. De overige deelnemers moeten ondertussen hun verrichtingen observeren.
Naderhand worden de rollen omgedraaid. Het doel van deze test is om de verschijnselen van zuurstoftekort bij een ander op te merken. Als iemand zonder masker bij zichzelf 3 tot 4 symptomen van Hypoxia heeft geconstateerd en genoteerd op zijn lijstje, moest hij het zuurstofmasker weer opzetten nadat hij eerst de drie schakelaars op zijn zuurstofregulator heeft omgezet. Het viel op dat nagenoeg niemand op een goede manier zijn schakelaars om kon zetten. Het gebeurde bij iedereen op een vertraagde, onbeholpen manier. De meeste deelnemers waren overigens bij zichzelf niet bewust van een groot deel van de symptomen. De uitkomst van een simpel rekensommetje als 14-7 is plots met overtuiging 4. Of het pad door een doolhofje tekenen viel al snel tegen. Bij een aantal gaat het puntjes met elkaar verbinden steeds moeizamer. Ze zagen de puntjes wel maar het overall plaatje was er gewoon niet. Sommigen waren zelfs een deel van de tijd in de drukkamer gewoon kwijt. Anderen noteerde van zichzelf niets over bijvoorbeeld vallende pennen, niet reageren, ongecontroleerde spierbewegingen van de hand, voor zich uit staren terwijl gevraagd wordt iets te doen, een pen tot vier keer toe neerleggen en weer oppakken of zeer diep ademhalen. Dat terwijl iemand dacht alles onder controle te hebben. De meesten herinnerde wel direct een warmte sensatie in het gezicht en/of tintelingen in de arm, alsof die slaapt. Zuurstofschuld heeft zijn werk gedaan. Maar het kan ook zo maar bij Hypoxia gebeuren dat iemand zich helemaal fantastisch voelt en zijn geluk niet op kan. Voor diegene is de zuurstofschuld veel gevaarlijker omdat zij zich schijnbaar alleen maar beter gaan voelen, terwijl iedere coördinatie zoek is. Vervolgens wordt er gedaald tot een hoogte van 15.000 voet. Daar werd het licht gedimd en moeten de zuurstofmaskers weer worden afgezet. Dit om de invloed van lichte zuurstofschuld op het zicht aan te tonen. Ieder kreeg een kleurenkaart met grote letters op de rand. Was in het begin de kleur door iedereen nog goed te onderscheiden, dat veranderde bij een aantal al snel in zwart-wit. Ook zijn de grote letters aan de rand voor de meesten niet meer zichtbaar als je naar het midden kijkt. Vervolgens krijgen ze opdracht het zuurstofmasker weer voor te doen en te letten op wat er met het zicht gebeurde. Bij de een verslechterde het zicht in eerste instantie, om vervolgens weer helderder te worden. Ook werden de teksten weer leesbaar. Anderen hadden weer compleet andere sensaties. Na afloop kon iedereen op video precies terugzien wat de hersenen niet hebben opgeslagen van hun verrichtingen in de drukkamer. Men heeft nu in ieder geval wel een indicatie van wat ze eventueel gaan voelen zodra er zuurstofschuld wordt opgebouwd. Maar al met al is het heel duidelijk dat Hypoxia een sluipmoordenaar pur sang is.
Aan het eind van de Hoogte Indoctrinatie Cursus is er nog een sessie in de hypobare kamer. Alleen is deze kamer een maatje groter dan de eerste en voorzien van de laadruimte van een C-130H Hercules transportvliegtuig. Daarin wordt met volledige zuurstof- en parachute uitrusting, bewapening en rugzakken nog eenmaal alle drills en (nood)procedures doorlopen. Ondanks dat iedereen letterlijk nog met beide voeten op de grond staat, ervaren ze niet alleen de zuurstofdrills maar ook de fysieke en mentale ongemakken net zo goed als op een daadwerkelijke missievlucht naar 35.000 voet hoogte. Tijdens de vlucht in de drukkamer wordt er voortdurend door de oxygenmasters gecontroleerd of alle zuurstofmaskers en systemen goed werken. Een praatje maken kan niet door de zuurstofmaskers. Hierdoor wordt er gewerkt met zogenaamde ‘calls’ Richard houd als springleider daarbij telkens een bordje omhoog. Daar op staat bijvoorbeeld 10 min. En even later “oxy check”. Iedereen inspecteert zijn leidingen en zijn masker. Ook het omhangen van de rugzak en het overschakelen van het zuurstofsysteem wordt via deze calls gecommuniceerd tot het sein groen wordt gegeven dat men mag gaan springen.
Hierna vindt het praktische deel van de opleiding plaats waarin de certificeringssprongen worden gemaakt. Dit keer zijn ze eerst twee weken naar Lapalisse in Frankrijk gegaan. Daar zijn alle procedures in ploegverband getraind en beoefend tot een hoogte van 18.000 voet. Aangezien zowel HAHO als HALO als zeer reële inzetopties worden beschouwd krijgen beide evenveel aandacht. Het klapstuk van de opleiding vond ditmaal echter plaats tijdens ‘Lone Paratrooper’, een grote SOF-oefening in het Spaanse Leon. Daar worden dezelfde sprongen in een operationele setting en scenario’s uitgevoerd, maar dan tot een hoogte van 30.000 voet, zowel bij dag als bij nacht.
Leave a Reply