Op maandag 9 mei 2011 gaat in Roosendaal weer een nieuwe Elementaire Commando Opleiding (ECO) van start. Een cruciale fase in de ruim zestien maanden durende commando-opleiding. Vragen zoals: hoe reageert men op fysiek zware inspanningen, hoe gaat men om met teleurstellingen en een streng regime worden in de deze maal acht weken durende ECO beantwoord. De ECO is dan ook zonder enige twijfelde dé zwaarste opleiding binnen de Nederlandse Defensieorganisatie.
Zowel in mentaal als fysiek opzicht. Tegenwoordig worden immers nog steeds bijzonder hoge eisen gesteld aan eenieder die operator bij het Korps Commandotroepen wil worden. Natuurlijk zijn er in de loop van tijd kleine veranderingen en aanpassingen doorgevoerd. Niet alleen de mensen veranderen nu eenmaal, ook de opleidingsmethodieken veranderen. Het te gebruiken materiaal is steeds moderner geworden en ga zo maar door. Een ding is echter hetzelfde gebleven. De eisen die in 1942 aan de aspirant commando gesteld werden op fysiek en mentaal gebied en de eisen die aan de operator van nu gesteld worden zijn exact hetzelfde.
De gedisciplineerde en spijkerharde Spartaanse opleiding begint voor de aspirant operators in alle vroegte met de traditionele mutsdas-exercitie op de paradeplaats. Naast een tokkeltouw dat ze reeds dragen wordt hierbij de reguliere baret vervangen door de mutsdas. Dit is een wollen das die op een bepaalde manier in een hoofddeksel gevouwen is. Met het opzetten ervan verdwijnen tegelijkertijd alle rangen en standen. Iedereen is vanaf dat moment gelijk, namelijk ‘cursist’. Zowel het tokkeltouw als de mutsdas zijn sinds de eerste commando-opleiding in 1942 onlosmakelijk verbonden met de ECO. Door tijdens het opzetten van de mutsdas luidkeels uit volle borst “Nunc aut” oftewel “Nu of” te roepen, laten de mannen horen dat ze er klaar voor zijn.
Direct erna worden de cursisten overgedragen aan de ECO-instructeurs. Met de aanvang van het beruchte ‘instructeurs uurtje’ krijgen de cursisten het gelijk zwaar voor de kiezen. Zo wordt er als eerste via de ’tranenpoort’ in een geforceerd tempo verplaatst richting het Commandokamp ‘Bakhuis-Roozeboom’ op de Rucphense Heide. Een afstand van normaliter gesproken zo’n 6 kilometer. Het zal de komende acht weken hun uitvalsbasis zijn. Ondertussen ondervinden de cursisten gelijk aan den lijve wat het ook weer traditionele ‘instructeurs uurtje’ inhoudt. Tijdens een zeer rekbaar begrip ‘uurtje’ raakt de cursist en de dan nog redelijk fris ruikende mutsdas doordrenkt van het zweet.
Hieronder een fotoreportage en impressie van het instructeurs uurtje van de winterlichting 2010:
2 Comments
Para
13 mei 2011 at 12:30Hele mooie reportage! De pijn is al af te lezen en it’s only just begon! Succes cursisten!
René
13 maart 2016 at 20:47Mooie spullen allemaal,
dat had je allemaal niet in ’73-’74 moest je het nog doen met een kwatta reep en vreten uit de vuilnisbak, en bestonden er nog geen gymschoenen, maar leren kisten.
groet RAF Gubbels