Heb jij de juiste “Aptitude”?

“Wie wil er nu niet bij NLMARSOF als operator.” De twee korporaals van het Korps Mariniers zijn het roerend eens met de uitspraak van Don. “Dit is de mooiste tak van sport”, vult Chris zijn collega aan. Beide zijn een aantal dagen ervoor begonnen aan de Aptitude, de drieweekse selectie om toegelaten te worden in de MSOF opleiding. Hun ambitie? Maritieme Special Forces operator worden bij het Korps Mariniers. De Aptitude is de eerste horde in een lange weg die in totaal bijna een driekwart jaar zal duren.

De korporaals zijn ervaren mariniers. Chris zit al bijna acht jaar bij het Korps en heeft er een uitzending naar Afghanistan opzitten. Don zit zelfs al elf jaar bij de zeesoldaten en heeft drie uitzendingen gedraaid, een naar Irak en twee naar Afghanistan. Ze zijn klaar om de volgende stap te maken in hun carriëre. Ze zien het beide als logisch gevolg van hun ontwikkeling als militair. “Je bent gek om het niet te doen”, zegt Don die met de NLMARSOF operators in aanraking kwam na het volgen van de SOC (Special Operations Capable) module met zijn compagnie. Hierin leerden zijn ondersteunend te zijn bij speciale operaties. De beide mariniers hebben met hun groep net het zeer uitdagende klim- en afdaalparcours gedaan in het droogdok op de marine-kazerne in Den Helder. In het immense gebouw kan worden gewerkt op een hoogte van 65 meter boven de vloer van het droogdok. Het hoogtepunt is de zogenaamde pendulesprong van die 65 meter hoogte. Ze zitten daarbij op een smalle balk, vastgemaakt aan een touw dat weer is vastgemaakt aan een balk 25 meter verder op dezelfde hoogte. Als ze zich afzetten zwieren ze met een grote boog heen en weer waarna ze langzaam worden neergelaten op de vloer van het droogdok.

“Het gaat erom dat ze laten zien vertrouwen te hebben in het materiaal, geen hoogtevrees hebben en de basis technieken van het klimmen en afdalen begrijpen en kunnen uitvoeren”,zegt eerste luitenant der mariniers Dennis. Hij is mentor MSOF opleidingen. “We kijken in principe of ze opleidbaar zijn straks in de MSOF opleiding. Dat doen we door ze informatie te geven en uitleg over procedures en materiaal. Later in de Aptitude komt het weer terug en kunnen we zien of ze het hebben onthouden en de handelingen kunnen uitvoeren zoals we het ze hebben verteld.” Uiteraard wordt er ook gekeken naar de fysieke gesteldheid van de kandidaten.
De selectie staat open voor elke marinier, korporaal en luitenants die actief dient in het Korps Mariniers. Er zijn in totaal zestig plaatsen beschikbaar in de Aptitude. Daarvan kunnen er maximaal dertig door naar de MSOF opleiding. Vanaf 2013 wordt de doorgangsbreedte verhoogt naar 42 plaatsen in de MSOF opleiding en waarschijnlijk het dubbele in de aptitude.

De eisen die aan de kandidaten in de Aptitude gesteld worden zijn geen geheim. Sterker nog, elke marinier die zich aanmeldt krijgt twaalf weken van te voren een mooi boekwerk met daarin de fysieke eisen, tips over trainen en schema’s. Verder staat er in het boekwerk veel over landnavigatie oftewel Kako, de vaak beruchte kaart en kompas oefeningen. Deze vaardigheid is van levensbelang voor een operator en wordt uitgebreid getest in de Aptitude.
Het echte testen van de harde eisen gebeurd in de eerste week van de Aptitude. “We starten deze eigenlijk heel bewust direct na het zomerverlof”, verteld luitenant Dennis. “Zo kunnen we zien of ze de discipline hebben om in hun vakantie toch te trainen om de eisen te halen.” Adjudant Roger, de toegevoegd mentor MSOF opleidingen vult hem aan: “De ‘gewone’ marinier is een fitte kerel. Alleen bij ons moeten ze nog fitter en sterker zijn. Daar zullen ze voor moeten werken. Een marinier die bij het bataljon een acht is, is bij ons een zes. Hier zal die moeten laten zien dat hij ook hier een acht is”.

De fysieke eisen waaraan de kandidaten moeten voldoen worden streng gehanteerd. Een push-up te weinig of 10 meter te kort komen in de Coopertest en de kandidaat mag meteen weer terug naar de eigen eenheid. Elke operationele MSOF operator moet elk jaar weer deze testen afleggen. Falen is dan ook voor hem exit.
En wat zijn die fysieke eisen dan. Onderstaand plaatje laat de eisen zien zoals ze in het verstrekte boekwerk staan vermeld. Dit is de NLMARSOF conditieproef die een aantal extra elementen heeft die de standaard Defensie Conditie Proef (DCP) niet heeft. DCP staat voor de manier waarop de oefeningen moeten worden uitgevoerd. Er kijkt een instructeur mee en alleen de correct uitgevoerde oefeningen tellen mee. Roger: “Veel kandidaten trainen de individuele onderdelen apart. Bijvoorbeeld een dag de 12-minuten loop en de dag erna de push-ups en dan weer een dag later de squats. Dan halen ze met gemak de eisen. Op de Aptitude moeten ze alle onderdelen direct achter elkaar doen en dan speelt vermoeidheid mee en zakken ze voor een of meer onderdelen.”

De tijden van de 10 kilometer hardloop en de 10 kilometer Battlerun worden bij elkaar opgeteld. Alle tijd die de kandidaat wint op een van de twee onderdelen mag hij verliezen op de andere als hij de totale tijd van 105 minuten maar niet overschrijd.
De kandidaten moeten tijdens de Aptitude ook theorie-examen doen voor Vaarbewijs 1. Ook hier geldt weer dat ze zelfstandig zullen moeten studeren. Later in de MSOF opleiding komt het praktische gedeelte aan bod.
Is het programma van de eerste week voor de kandidaten nog overzichtelijk en krijgen de kandidaten van tevoren te horen wat ze moeten doen, de tweede en derde week zijn dat zeker niet meer. Hier krijgen ze niet meer te horen wat ze gaan doen. De opdrachten worden vlak van tevoren bekend gemaakt en zo wordt bekeken hoe de kandidaten omgaan met onzekerheid.

Het weekend er tussen in gaat de Aptitude gewoon door. Die hele periode leven de kandidaten in een bivak en voeren ze van daar uit de verschillende opdrachten uit. Zelfredzaamheid, militaire vaardigheden, samenwerking en discipline zijn allerlei zaken waar de instructeurs, allen zelf ervaren operators, op letten. De kandidaten zullen zelf moeten laten zien dat ze geschikt zijn om aan de MSOF opleiding te beginnen., ook na weinig slaap en zware fysieke en mentale inspanningen. De opdrachten, individueel en in groepsverband, zijn zo opgezet dat de instructeurs zich een goed beeld kunnen vormen van de kandidaten. Uiteindelijk beslissen zij gezamenlijk of een kandidaat mag blijven of niet. Dat doen zijn aan de hand van het beeld wat de instructeurs van de mannen hebben, samen met hun resultaten die de kandidaten halen. Roger legt uit dat “omdat het mariniers zijn verwachten we veel zelfredzaamheid en discipline. We vertellen ze heel weinig. Voor een mariniersopleiding zijn we heel erg vriendelijk tegen ze. Ze zullen ongevraagd moeten laten zien uit welk hout ze gesneden zijn”. Dennis: “We benaderen ze op een volwassen manier in plaats van een schoolse manier. Die volwassen benadering verwachten we dan ook van de kandidaten te zien”.

“Een groot aantal kandidaten heeft eerder verworven competenties”, vertelt Dennis. “Die volgen tijdens de Aptitude een iets ander traject. Deze kandidaten zitten in een aparte groep. Grote ergernis bij iedereen is altijd dat je telkens weer door dezelfde hoepel moet springen, elke keer weer laten zien dat je een kunstje beheerst. Van kandidaten die bijvoorbeeld bij het verkenningspeloton hebben gezeten weten we al dat ze kunnen kaartlezen. Dat hebben ze daar al geleerd en laten zien. Die hoeven dan bij ons dat niet nog een keer te doen. Op die manier blijven ook deze mannen gemotiveerd.” “Personeelszaken houdt van iedere marinier precies bij welke competenties hij bezit.”, vult Roger aan. “Als we van bepaalde zaken niet zeker zijn, kunnen we dat heel gemakkelijk checken.”

Op 1 januari 2013 zullen formeel de MSO compagnie, bestaande uit de Mountainleaders (ML) en de kikvorsmannen (KVM), en de UIM (Unit Interventie Mariniers) worden samengevoegd onder de noemer NLMARSOF. Vooruitlopend hierop is al een tijd het samenwerkingsverband onder de naam NLMARSOF actief. De Aptitude en de daarop volgende MSOF opleiding zijn de eerste contouren van de samenvoeging. Elk van de drie eenheden had een eigen selectie en opleiding. Dat is sinds 2010 anders. Deze Aptitude is de derde in deze opzet en ook de opvolgende MSOF is nu volgens een beproefde opzet. Pas na het doorlopen van deze twee kan de marinier zich een Maritieme Special Operations Forces operator noemen. aan zijn specialistische opleiding voor UIM (18 weken), ML (9 maanden) of KVM (23 weken) beginnen.

Gerard van Oosbree