Met de oefening ‘Bison Prepare’ heeft 43 (MN) Mechbrig haar visitekaartje afgegeven. Het snel inzetbare ‘Headquarters’ 1 (GE/NL)Corps kan – wanneer het tussen 14 januari en 1 juli 2005 als Land Component Command voor NATO Response Force (NRF)-4 in het geweer moet komen – bouwen op een goed geoliede, multinationale, gemechaniseerde eenheid.
Bijna vierduizend militairen uit acht verschillende landen namen, van 27 augustus tot 10 september, deel aan Bison Prepare. Een uniek moment. Het was voor het eerst dat alle eenheden, behorende tot 43 (Multinationale) Gemechaniseerde Brigade, gezamenlijk het veld introkken en een complexe operatie uitvoerden. Het meeste speelde zich af in het militaire oefenterrein Bergen-Hohne in Duitsland. De aftrap daarentegen vond plaats in het Noorden van Groningen met de Eemshaven, als ‘Port of Debarkation’, in de hoofdrol. “Deze haven is het centrale logistieke centrum van alle ‘National Support Elements’ en voorraden,” zegt luitenant-kolonel Pieter van Egmond, projectofficier van deze oefening en G5 van de multinationale brigade. Samen met een Duitse en Noorse logistieke eenheid verzorgde het Divisie Logistiek Commando – vanuit dit ‘Multinational Log Base Command’ – de volledige logistiek voor alle deelnemers die zich 350 kilometer verderop bevonden. Dagelijks gingen multinationale konvooien richting Lüneburg om de ‘Brigade Support Area’ te bevoorraden. Tijdens die grote omloopafstand behoorde in de file terechtkomen, of verkeerd rijden – net als bij een echte operatie – tot de uitdagingen. Zelf met de oplossingen komen, daar gaat het om. Zoals bij het Noorse ‘Telemark’ bataljon, toen een horde Duitse ‘Lademeisters’ in opleiding allerminst gecharmeerd bleek te zijn van hun beladingmethode. Pas na het op de kop tikken van wiggen en keggen, voor hun CV9030 infanterie gevechtsvoertuigen en Leopard 2 A4 tanks, kregen ze alles weer op de rails. De Vikingen raakten hierdoor wel zo’n 30 uur achter op schema.”
Integreren
De afgelopen maanden hebben de samenstellende eenheden zich afzonderlijk opgewerkt. Evenwel gezamenlijk een operatie ondernemen, waarbij acties met een hoog loodgehalte niet worden geschuwd, vereist een hoge mate van samenwerking. “Tijdens Bison Prepare is het dan ook de bedoeling dat al die eenheden geïntegreerd worden in één NRF-brigade,” aldus Van Egmond. “Vastomlijnde begrippen worden soms niet door alle nationaliteiten hetzelfde geïnterpreteerd. Zij kunnen verschillen per land, maar moeten tijdens een echte actie wel op elkaar zijn afgestemd. Eén van de zwaartepunten in de oefening is het testen van de interoperabiliteit van procedures zoals commandovoering, het materieel en het personeel van al de verschillende nationaliteiten. Nu moet blijken of we elkaar ook echt begrijpen.”
De oefening kende diverse scenario’s doorspekt met vele ‘events’. Allereerst de verplaatsing naar het inzetgebied. Dan een ‘Initial Entry’ operatie om zonodig met geweld binnen korte tijd de deur in te trappen om zich toegang tot een gebied te verschaffen, zonder veel slachtoffers te veroorzaken. Tot slot het bewaren van de vrede (post conflict). Alles met het doel de militairen met uiteenlopende zaken te confronteren door ze op indringende wijze kennis te laten maken met de verschillende opdrachten, waarvoor ze kunnen worden ingezet. Het zijn hierbij niet enkel de manoeuvre eenheden die het vuur na aan de schenen krijgt gelegd, de gevechtssteun eenheden dienen daar naadloos op aan te kunnen sluiten.
In de eerste week van de oefening worden op de verschillende CP’s de plannen voor een ‘Initial Entry’ operatie uitgebroed. Dit gebeurde onder meer met behulp van ISIS ter ondersteuning van de commandovoering (zie Armex 2004/5). Ook komen de verbindelaars ,van het pas opgerichte 101 CIS bataljon, om de hoek kijken. Die hebben de taak om alle staven op bataljonsniveau van de NRF-brigade te ondersteunen met het nieuwe communicatiesysteem TITAAN. Om hiermee te kunnen werken worden zij voorzien van een ‘Local Area Network’ (LAN), voor de meest voorkomende functies, zoals spraak en datatransmissie. Als deze LAN’s onderling verbonden worden, komen de verbindelaars met zogenoemde ‘Wide Area Network’ middelen (WAN) op de proppen. Deze bestaan uit satellietcommunicatie en/of straalzenders om zodoende grote afstanden te kunnen overbruggen. Communicatie met kleinere eenheden is via High Frequency installaties mogelijk. Ondertussen wordt er in die eerste week door eenheden van 44 (NL) Mechbat en het Deense Verkenningseskadron, op de geaccidenteerde schietbanen, naar hartelust met scherp geschoten. Na 10 september doen de Noren hetzelfde nog eens dunnetjes over.
PsyOps
Een geheel nieuwe tak van sport tijdens Bison Prepare was de inzet van een ‘Tactical Psychological Operations Team’ (TPT). Twee van deze teams zijn geïntegreerd in de brigadestaf en zijn op afroep beschikbaar voor de eenheden. Elk team heeft zojuist een tweeweekse cursus in Duitsland achter de rug en een geluidswagen ontvangen waarmee razendsnel boodschappen omgeroepen kunnen worden. “Om deze verstaanbaar door te geven is een versterker van 400 echte Watts ingebouwd”, zegt wachtmeester Marc Lijn van 11 Paluabat die in het kader van de NRF, Psy Ops als neventaak heeft. “Ondanks dat PsyOps binnen de KL nog in de kinderschoen staat is het nu al een nuttig ‘wapen’ voor de commandant. Net als een beschieting heeft PsyOps de bedoeling een bepaald effect te bereiken. Het doel wordt niet fysiek uitgeschakeld, maar gedrag en denken worden beïnvloed. Zo dragen wij ons steentje bij aan een goede en duidelijke communicatie tussen de troepen en de lokale bevolking.” Er staat deze luchtdoelartilleristen nog een opleiding van 6 weken in Koblenz te wachten.
Vuursteun
De gehele grondgebonden vuursteunketen voor de NRF brigade wordt geleverd door een samengestelde Franse artillerie taakgroep. Deze is uitgerust met 155mm AUF1 Houwitsers, MLRS raketsystemen, 120mm mortieren en met de SHORAD ‘Roland’- en de VSHORAD ‘Mistral’ geleide raketsystemen tegen luchtdoelen. Jammer genoeg is al deze hardware niet in de oefening terug te vinden. Die zullen hun NRF-certificering in december, tijdens een schietserie in Zuid-Frankrijk, moeten zien af te dwingen. Wat wel in het veld aanwezig was, waren alle staffunctionarissen op bataljons en brigade niveau. Vooral bij de vuursteuneenheden is het van belang dat de procedures kloppen en miscommunicatie wordt uitgesloten. Vandaar dat bij alle manoeuvre eenheden Franse voorwaartse waarnemers toegevoegd zijn en dat ze hun eigen ATLAS vuurleidingssysteem gebruiken in plaats van VUIST, dat binnen de KL gebruikelijk is.
Tijdens de ‘Initial Entry’ operatie werd dikwijls van de kans gebruik gemaakt om de FAC’ers (Forward Air Controllers) van de manoeuvre te trainen. Vooral CAS (Close Air Support) met behulp van F-16’s in verstedelijkt gebied kreeg veel aandacht. “Het samenspel met de vier ALO’s (Air Liaison Officers) binnen de brigadestaf, die een belangrijke adviserende rol vervullen en veel voorbereidend werk verrichtten, is uniek,” zegt Van Egmond. “Het komt zelden voor dat we als brigadestaf op deze wijze met alle spelers kunnen oefenen die nodig zijn voor een CAS operatie.
Explosief
Een dag nadat de gevechtsacties voorbij zijn, komt het omgaan met de lokale bevolking getraind. Bij de CP van de Telemarkers raken de gemoederen oververhit. De Scandinaviërs staan zij aan zij om een opgefokte menigte buiten de deur te houden terwijl de commandant probeert te onderhandelen met de aanvoerders. De ‘locals’ schreeuwen intussen tegen de Noren en er vallen rake klappen als zij wat al te opdringerig wordt. Hierop dreigt de situatie te escaleren als twee CV90 infanteriegevechtsvoertuigen grommend ten tonele verschijnen. Toch na lang onderhandelen mag de groep locals binnen het kordon wachten en zullen ze eten en drinken krijgen. Dan plotseling paniek, een indringer van een andere bevolkingsgroep is met een bom mee naar binnen geglipt. Een explosie overstemt het geschreeuw, gevolgd door een paar seconden van doodse stilte. Dan storten de gewonde roleplayers jammerend en kermend als volleerde toneelspelers ter aarde. De Noren hebben een minuutje nodig voordat ze zich herpakken. Daarna komt al snel Noors geneeskundig personeel in actie dat routineus de gewonden bekijkt en behandelt.
De kwaliteit van de geneeskundige zorg, voor NRF-4 is in uitstekende handen, aldus Van Egmond en roemt de flexibiliteit in het concept van de Medical Task Force. Deze bestaat uit Duitse, Belgische en Nederlandse medische eenheden. “Met de combinatie van Rettungszentrum, Mobiel Geneeskundig Operatiesysteem (MOGOS) en Luftlande Rettungszentrum (LLRZ)-Leicht zijn we zo flexibel dat we alle mogelijke NRF inzetopties aankunnen. Zogenoemde ‘mass casualty’ scenario’s – situaties waarbij er meer gewonden zijn dan er operatiekamercapaciteit beschikbaar is – kunnen perfect worden aangestuurd in ons ‘Rescue Co-ordination Centre’.”
Politieke beslissingen
Maar, er zijn nog een paar open kwesties die zand in de geoliede NRF radaren kunnen strooien. Doordat er Apaches in Irak aanwezig zijn en de uitzendtermijn van het (NL) detachement Apache gevechtsheli’s in Afghanistan is verlengd tot 31 maart 2005 zijn er geen Nederlandse gevechtsheli’s beschikbaar voor NRF-4. Ook kan Nederland, als gevolg van de uitzending van ‘Cougar’ transporthelikopters naar Irak, de aanbieding van deze transportheli’s voor NRF-4 niet gestand doen. Dus om de Air Manoeuvre taakgroep optimaal te kunnen inzetten zal hier nog een oplossing voor gevonden moeten worden.
Het NRF concept heeft daarnaast alleen kans van slagen als de betrokken lidstaten kunnen rekenen op de inzet van alle eenheden. Lidstaten die vasthouden aan hun recht om tot het laatste moment zelfstandig te beschikken over de eenheden die zij ter beschikking hebben gesteld, doen aan het concept van de NRF geen recht en kunnen wellicht beter niet meedoen. Voor Nederland, dat ook bij deelname aan de NRF lijkt vast te houden aan het behoud van volledige beslissingsbevoegdheid over de ingebrachte eenheden, staat deze constatering op gespannen voet met de procedures zoals die voor het nationale Toetsingskader worden gehanteerd. Hierbij vindt de finale besluitvorming over inzet in een laat stadium van het proces plaats. In Nederland is daar vanuit de Tweede Kamer ook steeds expliciet op aangedrongen. Vasthouden aan dit uitgangspunt kan op den duur toch de effectiviteit en geloofwaardigheid van de samenwerking ernstig ondergraven.
Echter dit zijn allemaal politieke keuzes. Niet die van de militairen. De commandant van 43 (MN) Mechbrig, Brigade-generaal Ton van Loon, heeft er alle vertrouwen in dat – als de lidstaten beslissen dat waar dan ook ter wereld ingegrepen moet worden – zijn eenheden snel in actie kunnen komen om crises op robuuste en geloofwaardige wijze in de kiem te smoren. Zij zijn er in ieder geval klaar voor!
Leave a Reply