De grootste oefening van de landmacht dit jaar is Bastion Lion. Hiermee wordt de reactie op een aanval vanut het oosten geoefend. 13 Lichte Brigade uit Oirschot moet daarin een eenheid gaan aflossen die een vertragend gevecht voert met de vijand. De de rol van het 13e is de vijand tegenhouden totdat de zware Duitse eenheden van de 10e Divisie, waar de Nederlandse brigade onder bevel staat, de vijand kunnen verslaan.
In Bastion Lion wordt de hele keten geoefend en niet alleen de gevechtseenheden. Vanuit Coevorden aan de Duitse grens worden de eenheden die ongeveer 500 kilometer verder naar het oosten vechten, bevoorraadt. Normaal gesproken zou dit National Support Element (NSE) rond de Duits-Poolse grens ingericht zijn, waarbij het front zicht rond de Pools-Belarussische grens bevindt. Het NSE is het overslagpunt en de meest voorwaartse locatie waar het burgertransport kan en mag komen. Hier worden alle goederen verzameld om met militair vervoer verder voorwaarts te gaan.

Gravendienst
Een van de minder bekende eenheden die meedoet aan Bastion Lion is het Gravendienst peloton. Normaal gesproken is deze kleine eenheid op ongeveer 100 kilometer van het front gestationeerd, nu opereren ze vanuit een afgezonderde hoek van het militaire terrein in Coevorden. Het is een eenheid die alleen in geval van een conflict operationeel wordt. De militairen van de Gravendienst hebben in vredestijd een andere functie. In het geval van dit peloton komen alle militairen van de LO Sport organisatie. Dit zijn de sportinstructeurs van de eenheden. Alle militairen hebben zich vrijwillig aangemeld voor de eenheid en dat is gezien de aard van het werk niet zo gek. Ze hebben een speciale opleiding gekregen waarin ook een dag in een civiel mortuarium is meegelopen.
Het peloton is ingericht op tachtig doden per dag. Dat kunnen eigen- of coalitietroepen, vijandelijke troepen en burgers zijn. “Wij zorgen voor het registreren en transportgereed maken van de gesneuvelden dan wel stoffelijke overschotten die wij hier binnen krijgen”, zegt tweede luitenant Floris, commandant van het Gravendienst peloton. “Wij zorgen ervoor dat die op een waardige en humanitaire manier weer terug gaan naar waar ze horen te zijn en dat is een waardige taak.”


Lijkenzakken
Het Gravendienst peloton krijgt de lichamen vanuit het Casualty Collection Point net achter de frontlinie. De eenheid waar de gesneuvelde militair toe behoord heeft deze zelf daarheen gebracht. De gesneuvelden komen met de normale logistieke middelen terug uit het frontgebied. Heel oneerbiedig misschien worden de lijkenzakken met daarin de stoffelijke overschotten getransporteerd op zogenoemde flattracks, platte, open transportmiddelen. Bij aankomst bij het peloton wordt dit geregistreerd en worden de overschotten in een koelcel gelegd.
Hierna begint het registratie en identifiecatieproces. “Wij identificeren niet”, zegt Floris. “Dat gebeurd verderop in de keten, in Nederland door de Identificatiedienst. Daar komt forensisch onderzoek aan te pas. Wij stellen alleen een meest aannemelijke identiteit vast aan de hand van de middelen die wij hier hebben, zoals het formulier, het identificatieplaatje dat iedere miliatir draagt, naamlint en persoonlijke bezittingen.” Er begint dan een uitgebreid documentatieproces waarbij alles wordt vastgelegd wat ook maar enige betekenis kan hebben. Het stoffelijk overschot wordt beschreven en alles wat nog verder in de lijkenzak wordt aangetroffen, zoals wapens en uitrusting, wordt verwijderd en gedocumenteerd. Het kan later bij de definitieve identificatie van belang zijn.


Transport
Na de diverse stappen worden de zakken met daarin de stoffelijke overschotten gereed gemaakt voor verder transport. Dat kan naar Nederland zijn maar ook andere landen als de gesneuvelde daar vandaan komt. De overschotten worden samen met alle noodzakelijke documentatie in koelcontainers bewaard totdat verder transport beschikbaar is.
De kleine eenheid, op dit moment de enige van zijn soort binnen de landmacht, heeft een bijzondere en zware taak. Het werk kan een zware uitwerking hebben op de militairen die zich vrijwillig voor deze taak hebben opgegeven. “Wij doen dit werk op een zo waardig mogelijke manier”, legt Floris nog uit. “Dat betekend dat we ons bewust zijn dat het stoffelijke overschotten zijn, maar er geen persoonlijke link mee maken. Bij de aantallen waarmee wij bij een groot conflict te maken gaan krijgen, kan dat slecht zijn voor het proces.”


1 Comment
Jan K
9 april 2025 at 14:20Mooi om te lezen dat mensen zich beschikbaar stellen voor deze belangrijke taak in het Nederlandse leger. Het is geen makkelijke taak, maar zeer waardevol. Voor de soldaten om te weten dat als ze sneuvelen alles in het werk wordt gesteld om hun lichaam thuis te brengen en voor de nabestaanden om een rouwproces te kunnen starten en waardig afscheid te kunnen nemen. Zelf ben ik al twee jaar werkzaam in het gesneuveldentransport in Oekraïne via de stichting Schilddragers en hoewel het zwaar werk is geeft het erg veel voldoening. Ik hoop dat deze eenheid niet ingezet hoeft te worden, maar mocht het nodig zijn dan wens ik de mannen en vrouwen veel succes en sterkte.
Jan K