Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Willem-Alexander heeft van 13 tot en met 15 oktober het zogenoemde ‘Luchtverdedigings- en Commandofregat (LCF) Hr.Ms. Evertsen, onder commando van kapitein-luitenant-ter-zee Cees Vooijs, bezocht. Hr.Ms. Evertsen is 1 van de 4 LCF uit de zogeheten ‘Zeven Provinciënklasse’. Nederland heeft momenteel de leiding van de piraten bestrijdingsmissie ‘Atalanta’ van de Europese Unie. Deze eerste maritieme missie van de Europese Unie richt zich op het terugdringen van piraterij voor de kust van Somalië.
De taken van de deelnemende schepen zijn het beschermen van voedseltransporten van het ‘World Food Programme’ (WFP) van de Verenigde Naties, het beschermen van andere kwetsbare scheepvaart in het gebied en het afschrikken, verstoren en terugdringen van piraterij en zeeroof in het gebied.
De Hr.Ms. Evertsen vaart sinds medio augustus rond als vlaggenschip in de Golf van Aden. In de Somalische wateren zijn de laatste jaren veel piraten actief. Regelmatig worden schepen geënterd en gekaapt door gewapende piraten die uit zijn op losgeld. In het gewelddadige en arme Somalië heeft de regering al jaren geen gezag meer. De regio staat dan ook te boek als zeer gevaarlijk voor schepen.
Diverse missies proberen de piraterij echter terug te dringen. In 2008 bevonden zich ook al Nederlandse fregatten in dit gebied. Dezelfde Hr. Ms. Evertsen en LCF Hr. Ms. De Ruyter escorteerden toen verschillende schepen voor het WFP. Door de inzet van de marineschepen kon de aanvoer van eten en hulpgoederen naar Somalië beter worden gewaarborgd.
Veel inwoners van het Oost-Afrikaanse land zijn van voedselhulp afhankelijk. Vorig jaar bood het WFP soelaas aan ruim anderhalf miljoen Somaliërs. Het LCF Hr. Ms. De Zeven Provinciën nam van maart tot eind juni 2009 deel aan de NAVO-operatie ‘Allied Protector’. Het schip maakte deel uit van een permanente NAVO-vloot die optrad tegen piraterij voor de kust van Somalië. Deze aanpak van de piraterij blijkt nu succesvol te zijn. Zo leidt tegenwoordig nog maar een op de elf pogingen tot een daadwerkelijke kaping. Eind vorig jaar was dat nog een op de drie.
De Prins ging aan boord van Hr.Ms. Evertsen in de haven van Mombasa (Kenia) en voer mee tijdens het patrouilleren voor de Oost-Afrikaanse kust. Prins Willem-Alexander heeft overigens nauwe banden met de Koninklijke Marine. De prins is gedurende zijn dienstplicht in de jaren tachtig opgeleid tot marineofficier.
Hij sprak aan boord met diverse bemanningsleden van het schip en de internationale staf van de Europese missie die zich richt op de bestrijding van piraterij en bescherming van de kwetsbare koopvaardijschepen in de wateren rond Somalië.
Door middel van demonstraties liet de bemanning zien welke middelen hen ter beschikking staan om piraten te bestrijden en aan te houden. De Prins van Oranje werd vergezeld door de commandant der strijdkrachten (CDS), generaal Peter van Uhm.
Het is de tweede maal dit jaar dat de Prins De Hr.Ms. Evertsen bezoekt. Op 5 juni van dit jaar werd de kroonprins op het schip onder meer geïnformeerd over de komende rol van het fregat in de EU-operatie ‘Atalanta’. De prins bezoekt vaker de troepen in missiegebieden. In april was hij ook met CDS generaal Van Uhm enkele dagen in Afghanistan.
Eerder bezocht ook de Minister van Defensie Eimert van Middelkoop de Hr. Ms. Evertsen. Ook hij prees hen met de resultaten: “dit is een dankbare, waardevolle en effectieve missie. We bestrijden internationale criminaliteit en dienen tevens een nationaal economisch belang, door Nederlandse koopvaardij passende bescherming te bieden. Ik heb de ambitie om ook volgend jaar een schip te leveren, of het nu is onder EU-, NAVO- of Nederlandse vlag.”
Hij zal overigens tegelijkertijd zijn ambtgenoten informeren over de wijze waarop Hr. Ms. Evertsen, als modern commandofregat, in staat is de operatie te leiden en tegelijkertijd de relaties met overige antipiraterij-operaties verder te versterken. “Coördinatie met andere actoren die actief zijn voor de kust van Somalië is van groot belang en draagt bij tot de effectiviteit van de antipiraterij-operaties. Goede coördinatie maakt het mogelijk met de ingezette militaire middelen een zo groot mogelijk gebied te beslaan,” zegt hij.
Vanaf de Hr.Ms. Evertsen leidt commandeur Pieter Bindt de Europese antipiraten missie voor de kust van Somalië. Hr. Ms. Evertsen en commandeur Pieter Bindt neemt tot medio december 2009 deel aan de maritieme EU-missie ‘Atalanta’.
Doel van de missie is piraterij in Somalische wateren tegen te gaan en vooral voedseltransporten van de VN op weg naar Somalië te beschermen. Nederland voert vier maanden lang het commando over tien fregatten uit verschillende Europese landen. De meeste fregatten beschikken over helikopters.
Daarnaast zijn er twee tot vier maritieme patrouillevliegtuigen bij. De vloot moet door te patrouilleren de veiligheid langs de scheepvaartroutes bij Somalië vergroten en piraterij op zee ontmoedigen en verstoren. Het internationale vlootverband beschermt de namelijk de scheepvaart op een van de drukste handelsroutes ter wereld tegen de sterk toegenomen dreiging van piraten, die opereren tot een afstand van bijna 1000 zeemijl uit de kust van Somalië. Jaarlijks passeren tussen de 17.000 en 23.000 schepen de Golf van Aden. 70% van het scheepvaartverkeer in de Golf van Aden meldt zich aan bij het ‘Maritime Security Centre Horn of Africa’ in Northwood. Alle schepen die de Golf van Aden passeren in de ‘Internationally Recommended Transit Corridor’ worden beschermd door de verschillende coalities onder leiding van EUNAVFOR. Recentelijk beschermde de Evertsen onder meer schepen die voor het WFP van de Verenigde Naties voedsel brengen naar het door oorlog en honger geteisterde Somalië. Ook werden koopvaardijschepen door de Golf van Aden begeleid en verdachte bootjes aangehouden en doorzocht.
De bemanning van het Nederlandse marinefregat Hr. Ms. Evertsen assisteerde bijvoorbeeld op 14 september 2009 voor de kust van Somalië het koopvaardijschip Irene E.M. Het schip werd eerder die dag vrijgegeven nadat het op 14 april 2009 door Somalische piraten was gekaapt. De rederij sloot enige tijd na de vrijlating een overkomst die ertoe leidde dat EUNAVFOR brandstof kon afgeven aan de Irene E.M. Wachten op een sleepboot of tanker zou namelijk vele dagen duren.
De EUNAVFOR-staf, onder leiding van de Nederlandse commandeur Pieter Bindt, gaf de Evertsen dan ook direct opdracht om de tankoperatie voor te bereiden. Kort na zonsopkomst zette de Evertsen het voor de operatie benodigde technische en nautische personeel over naar de Irene E.M. Vervolgens manoeuvreerde de Evertsen tot vlak achter het Griekse schip en werden beide schepen met trossen in deze positie vastgekoppeld. Tot slot werd vanaf het voorschip van de Evertsen een brandstofslang overgegeven naar het achterschip van de Irene E.M. om de brandstof over te pompen.
Ook heeft de Hr. Ms. Evertsen in de Golf van Aden hulp geboden aan een stuurloos scheepje met aan boord een tiental personen. Het bootje, met daarin ook enkele vrouwen en kinderen, dreef al enkele dagen rond door motorproblemen. Marinearts Martijn Brakman vertelt over de inzet die het personeel van het marinefregat verleende aan de opvarenden van het stuurloze bootje. “Naar mijn mening hebben deze mensen heel veel geluk gehad dat wij toevallig voorbij voeren. Anders hadden ze het waarschijnlijk niet gehaald”, aldus Martijn Bakman.
Ook werd voedsel, water en extra brandstof verstrekt. Nadat technici van de marine de motor hadden gerepareerd kon het bootje op eigen kracht verder varen.
Eerder in het kader van deze antipiraterij-taak waren de snelle marineboten al ingezet. Eerst om een verdachte skiff te onderzoeken en daarbij bleek het niet om piraten te gaan. Daarna om bij een onverdacht vaartuig informatie in te winnen bij de bemanning.
De Tweede Kamer blijft momenteel ook nog steeds aandringen op het plaatsen van mariniers op Nederlandse koopvaardijschepen die voor de kust van Somalië varen. Dat blijkt tijdens een debat met de ministers van Buitenlandse Zaken Maxime Verhagen (CDA) en van Defensie Eimert van Middelkoop (ChristenUnie). De Tweede Kamer maakt zich namelijk zorgen. Het aantal succesvolle kapingen mag dan wel afnemen, tegelijkertijd is er aantoonbaar een stijging van het aantal aanvallen. “De regering neemt de problemen te weinig serieus”, concludeert Atzo Nicolaï van de VVD.
De inzet van militaire beveiligingsteams is wel degelijk effectief en verantwoord, meent hij. Het is dan ook ‘doodlogisch’ om mariniers in te zetten, aldus Nicolaï. De VVD pleitte hier afgelopen zomer met CDA, ChristenUnie en PVV ook al voor, maar aan dat verzoek gaf het kabinet toen geen gehoor. Naast de VVD hielden ook de regeringspartijen CDA en ChristenUnie een hernieuwd pleidooi voor het plaatsen van mariniers op kwetsbare koopvaardijschepen. Ook reders zijn daar voorstander van. Van Middelkoop herhaalde de bezwaren die kleven aan de inzet van militaire beveiligingsteams. Het brengt te veel juridische, medische en logistieke obstakels met zich mee. De bewindsman sloot echter niet uit dat hij van mening verandert. “Ik heb geen principiële bezwaren, maar praktische.” Momenteel loopt er een onderzoek van de EU naar de inzet van mariniers. Mocht het onderzoek uitwijzen dat de juridische problemen oplosbaar zijn, dan is de bewindsman ‘altijd bereid tot debat’.
Leave a Reply